Een hongerklop is je ergste nachtmerrie. Je kunt trappen wat je wilt (en je wilt gewoon door), maar je komt niet meer vooruit. Een strategie voor je voeding is daarom essentieel voor het succes dat je hebt. En daarmee ook het plezier dat je beleeft.
En die strategie is heel eenvoudig. In dit artikel geef ik je daarom de basis van de strategie, aangevuld met een aantal tips om het praktisch uit te voeren.
De strategie is voor tochten die 4 uur of langer duren. Voor ieder deel in de wedstrijd (of je lange duurtraining) heb je andere voeding nodig.
Deel 1
Start met “normale” voeding die bestaat uit langzame koolhydraten en eiwitten. Bijvoorbeeld een volkoren broodje met een eitje, tomaat en of komkommer. De koolhydraten heb je later nodig, de eiwitten helpen je spiermassa en de waterige groenten zorgen ervoor dat je het makkelijker weg krijgt en gelijk wat vocht binnen krijgt. Pak het broodje in aluminiumfolie, snij het in hapklare brokken en dek de opengesneden kant nogmaals af met aluminiumfolie. In het eerste deel van je race heb je voldoende energie ter beschikking en wil je deze langzaam aanvullen.
Deel 2
Na zo’n anderhalf uur kies je voor voeding met meer snelle koolhydraten. Kies nog wel zoveel mogelijk voor vaste voeding zoals, fruit of een mueslireep. Ik ben zelf gek op bananen. Ze zijn lekker zacht waardoor je niet teveel hoeft te kauwen. Heb ik wat minder haast dan vind ik een mueslireep of een appel ook prima. Deze voeding geeft zijn energie sneller af.
Deel 3
Vanaf een uur of drie á vier ben je toe aan snelle koolhydraten die je lijf eenvoudig kan verwerken. De voorraden in je lichaam zijn flink uitgeput en de aanvulling van wat je eerder op die dag hebt gegeten is ook op aan het raken. Het is eten en verbranden. Nu kies je voor snelle koolhydraten zoals dextrose, gels en dergelijke voeding.
Praktische handvatten:
Ik raad je aan om te zoeken naar gezonde alternatieven. Daarmee bedoel ik biologisch en zoveel mogelijk uit natuurlijke bron. Cola, mars en winegums horen hier niet bij. Jazeker, ze geven inderdaad snelle suikers die je direct kunt verbranden. Ze geven je echter ook veel afvalstoffen die je lichaam moet verwerken en je prestatie en gezondheid niet bevorderen.
Als je je races niet op vol vermogen rijdt heb je tijdens deel 3 ook gewoon genoeg aan de voeding uit deel 2. Je doet dan namelijk langer met je koolhydraten. Rij je je de hele race wel volle bak, dan heb je miscchien al eerder behoefte aan snelle koolhydraten. Experimenteer hiermee in je trainingen om te zien wat voor jou het beste werkt.
Let op: als je energierepen gaat gebruiken, kijk dan goed wat de samenstelling er van is. Er zijn veel repen op de markt die je bijvoorbeeld ook een bom eiwitten leveren. Die zijn niet geschikt voor het laatste deel van je race. Je bent op zoek naar een verhouding van 1 op 6. Dus bijvoobreeld ieder uur 60 gram koolhydraten en 10 gram eiwitten.
Let ook op: de koolhydraten in je bidon. Het is slim om een isotone dorstlesser te gebruiken. Kijk echter altijd goed naar de hoeveelheid koolhydraten die hierin zitten. Meestal is dat zo’n 30-35 gram per 500ml. Dat is dus de helft als je 60 gr per uur aanhoudt. Is het warm en drink je extra? Verdun dan de oplossing in je bidon tot de hoeveelheid die je in een uur drinkt. Anders overlaad je jezelf met koolhydraten en dat kan leiden tot misselijkheid.
Tijdens raceday pas je de verhouding tussen de koolhydraten, vetten en eiwtten aan. Normaal gesproken ga je uit van respectievelijk 55%, 20% en 25%. Op raceday is dat 65%, 15% en 20%.
Train je strategie. Sommige voeding eet namelijk niet lekker weg en andere voeding zal je prestatie juist een boost geven. Gebruik je lange duurtraining om dit te testen. Varieer in wat je meeneemt en de hoeveelheid (snelle) koolhydraten. Te weinig ruimte kan geen excuus zijn om niet alles mee te nemen wat je nodig hebt. Rijdt dan met een rugzak, een frametas of laat je onderweg bevoorraden.
Wat eet jij tijdens je toertocht?
Heb je een vaste strategie?
(als je recepten van hebt deel ze dan, dan neem ik ze op in mijn volgende eBook “Ultieme snacktrek”)
Beantwoorde deze twee vragen in het commentaarveld onder dit artikel en ik stuur je als dank het eBook “10x Voeding voor een topprestatie” én het eBook “Meer Snacktrek (deel 2)”, bordenvol tips en recepten.
Stop met fietsen. Ga trainen.
Stop met diëten. Voed je prestatie.
Tijdens het Train & Eet als een Atleet webinar zet ik dit om in praktische adviezen.
Na dit webinar weet jij:
- Wat je moet eten, voor tijdens en na je inspanning
- Hoe je optimaal traint
- Hoe je je ideale gewicht bereikt
- Hoe je langer, harder kunt fietsen
Klik hier en schrijf je nu gratis in
Een webinar is een online workshop die je thuis volgt vanachter je eigen pc, telefoon of tablet
intens veel fietsplezier,


PS: Deel dit artikel a.u.b. met je wielervrienden zodat ook zij ervan kunnen profiteren. Samen fietsen is zoveel leuker! Gebruik de knoppen hieronder voor Twitter, Google+, Linkedin en Facebook. Heel erg bedankt.

Eten tijdens het fietsen is altijd een probleem geweest.
Maar de laatste tijd lukt het vrij goed. Ik heb nu producten gevonden die me goed bevallen.
Ik gebruik nu producten van 6D sport nutrition. Tijdens het fietsen de energy cake en de isogel.
Als drank de agrum sportdrank. Eindelijk een drank die me geen maagproblemen geeft na veelvuldig gebruik.
Per uur een energy cake en gel met de nodige drank en dan lukt het wel. Bij bevoorradingen neem ik dan nog
een banaan.
Robert,
Ik heb zeker een strategie. Eigenlijk is dit een essentiel onderdeel van de koers/tour/training.
Voor de start, goed ontbijt volkorenhavermout met noten en zaden gecombineerd met banaan. Eerste 2 uur water en een banaan. Daarna banaan op 2x volkorenboterham (uitieme Bananenbrood) en koolhydraten via Aptonia ISO+ sport drank van Decathlon. Ik drink met lange duurritten vanuit extra grot bidons van 950Ml.
Verder eet ik onderweg dadels, gedrogde abrikozen en pruimen, ook gedroogd.
Theo Mestrini
ik gebruik veel produkten van amacx, bevalt mij bijzonder goed!
daarnaast de banaan en flapjack. Een grote flapjack snijdt ik thuis in stukken, en wikkel ik in folie.
Vaak heb ik een gel mee voor de zekerheid, maar uiteindelijk na die ene en laatste keer, nooit weer een gebruikt of nodig gehad.
En vanaf dit seizoen de regel ieder uur 500ml drinken, gebruik daarbij tabletten met mineralen, niet zozeer suikers.
Bij afstappen en wat kopen, goede keuzes maken.
Bij ritten boven de 100 km eet ik ieder uur een energiereep.
Bananen muffins met rozijnen, krentenbol met jam, isotone sportdrank
Ik eet ieder uur een gel.
Bij langere ritten vul ik dat aan met peperkoek( snelle jelle). Daar bij drink ik regelmatig.
Hoi Robert, ieder uur iets eten. Mijn ervaring is wel dat ik naarmate de tijd verstrijkt steeds meer moet eten. Een manier om daar relaxed mee om te gaan heb ik nog niet, anders dan iedere mogelijkheid benutten om iets ‘erin te stoppen’. Niets is echt lekker om de fiets.
Bij een lange tocht of toertocht probeer om de 25 km wat te eten banaan / gel / snelle Jelle / fruitkoek en bij toertochten bij de verzorgingspost fruit
Brood zonder iets er op, boterham met pindakaas, maar dat eet veel te langzaam weg, banaan, eigenlijk nooit ontbijtkoek want dat plakt zo vreselijk.
Robert, heb je geen tip waarbij je voldoende voedsel binnen krijgt daar eea in je bidon te stoppen. Dat lijkt me zo handig. Eten en drinken tegelijk. Bij elke slok ook gelijk voeding.
Hai Jan,
Bedankt voor je reactie.
Och, Jan, tips genoeg. Je hebt ongeveer 60-90 gram koolhydraten per uur nodig.
De meeste isotone dorstlessers geven je zo’n 30-35 gram per 500ml. Dus die kun je in 1 uur al binnen hebben.
Daarnaast zijn er een aantal die 50 of 60 gram koolhydraten hebben (bijvoorbeeld Prolong of Sponser Long Energy). Maar daar krijg je dan minder vocht voor terug.
Als je niet teveel wilt eten kun je ook nog denken aan een liquid gel. Dat zijn speciale gels die al voorzien zijn van een hoeveelheid vocht om ze goed op te nemen.
Meestal bevatten die ook zo’n 30 gram koolhydraten. Maxim heeft dit soort gels, net als Enervit.
Let op: bij veel gels moet je dus wel extra drinken om ze op te nemen.
Nu kun je eigenlijk al beginnen met het vervangen van je boterham met pindakaas. Dat is inderdaad niet weg te krijgen op de fiets.
Producten hebben van nature al een bepaald vochtgehalte.
Hoe vochtiger, hoe makkelijker je het weg krijgt, maar hoe lastiger hanteerbaar het is.
Hoe droger, des te beter hanteerbaar, maar des te moeilijker je het weg krijgt.
Ga gewoon eens experimenteren.
Doe dat vooral op de fiets.
Zelf had ik een keer heerlijke wafels gemaakt, maar eenmaal op de fiets met een droge mond was het net beschuit zonder beleg. 😉
Op de fiets is je smaakbeleving en het gemak van het eten nu toch eenmaal anders.
Intens veel fietsplezier, Robert
Bananen volkorenbroodje ontbijtkoek